Melding Wmo

De gemeente Alkmaar gaat uit van uw eigen kracht. Dit betekent dat u eerst zelf steun moet zoeken. Daarbij kunt u gratis advies krijgen van een cliëntondersteuner.

  • Kunnen mensen om u heen u helpen?
    Bijvoorbeeld een partner, kind, buur of kennis. 
  • Kunnen (vrijwilligers)organisaties in Alkmaar iets voor u betekenen?
    Bekijk de onderwerpen op Ondersteuning (Wmo).

Kunt u zelf geen hulp vinden?

Doe een melding voor nieuwe ondersteuning vanuit de Wmo

DigiD en documenten nodig

U heeft uw Digid nodig om een melding te doen. En documenten die belangrijk zijn. Dt helpt ons om uw hulpvraag en situatie te begrijpen.

Voorbeelden van documenten zijn: 

  • een hulpverleningsplan; 
  • een plan van aanpak; 
  • of een evaluatieverslag. 

In het formulier leggen wij uit waar u de documenten kunt uploaden (toevoegen aan de melding).

Weet u niet welke documenten u nodig heeft? Vraag advies aan uw begeleider, zorgprofessional of gratis cliëntondersteuner

Als het niet lukt

Stuur een e-mail naar  wmo@alkmaar.nl of bel naar 14 072. Geef aan dat u een melding Wmo wilt doen.

Als u belt, dan het liefst voor 12:30 uur. Het Aanmeldpunt Wmo is dan meestal goed bereikbaar.

Zeven stappen na uw aanvraag

1 – Bevestiging

Nadat u zich heeft aangemeld, krijgt u een bevestiging. Soms is er extra informatie nodig. Een klantmanager van de gemeente neemt dan contact met u op.

2 – Uitnodiging voor een gesprek

Wij proberen binnen 8 weken contact met u op te nemen voor de uitnodiging voor een gesprek. Op dit moment zijn er veel inwoners die een gesprek met de gemeente willen. Het kan daarom zijn dat het langer duurt.

3 – Het gesprek

Het gesprek noemen we ook wel het keukentafelgesprek. Het duurt ongeveer 1 uur.

Het doel van het gesprek is om te kijken welke hulp bij u past. Het gesprek is met een klantmanager van de gemeente. In het gesprek vertelt u waar u hulp bij nodig heeft en wat uw situatie is. We kijken samen naar wat goed gaat en waar het minder lukt. Daarna kijken we waar passende hulp te vinden is.

Het gesprek vindt plaats op een plek naar keuze. Bij u thuis, op het Stadskantoor of ergens in de buurt. 

U bepaalt zelf of u het gesprek alleen of samen met iemand wilt doen. Dit kan een vriend of familielid zijn. Wilt u het gesprek niet alleen doen maar kan er niemand met u mee? U kunt een cliëntondersteuner om hulp vragen. Meer informatie op Cliëntondersteuning.

U kunt zich voorbereiden op het gesprek door op alvast op te schrijven waar u hulp bij nodig heeft. En welke oplossing u zelf in gedachte heeft. Ook kunt u papieren met belangrijke informatie meenemen naar het gesprek. Bijvoorbeeld een onderzoeksverslag, zorgplan of behandelplan van uw huisarts, behandelaar of hulpverlener. 

4 – Na het gesprek

Als het gesprek is geweest, krijgt u een verslag. Dit noemen wij het onderzoeksplan. U krijgt het van de klantmanager met wie u heeft gesproken of via het klantportaal. In dit plan staat het advies wat de gemeente geeft.

U bepaalt zelf of u het eens bent met het advies. Daarna beslist u of u een aanvraag doet voor een Wmo-voorziening. 

Als u vragen heeft, neemt u contact op met de klantmanager met wie u het gesprek heeft gedaan. 

5 – De aanvraag

Als u besluit om een aanvraag te doen voor een Wmo-voorziening doet u dit door het onderzoeksplan (digitaal) te ondertekenen door de klantmanager.  

6 – Het besluit

Als er een besluit is genomen, wordt de beschikking gemaakt. U krijgt hierover een brief of een melding in het klantportaal.

In de beschikking staat of u hulp kunt krijgen vanuit de gemeente. Als u hulp kunt krijgen staat in de beschikking welke hulp u krijgt en onder welke voorwaarden. 

Als u niet in aanmerking komt, staat er in de beschikking waarom uw aanvraag is afgewezen.

Bent u het niet eens met het besluit? Dan tekent u bezwaar aan. In de brief van de beschikking staat hoe dit werkt. 

7 – De hulp

Nadat het besluit is genomen en uw aanvraag is goedgekeurd, wordt uw hulp aangevraagd.

Er wordt op dit moment meer hulp aangevraagd dan beschikbaar is. Daarom moet u soms langer wachten.

Geef veranderingen snel door

U wilt iets veranderen in de hulp

Bijvoorbeeld als u meer of minder hulp nodig heeft. Regel dit met het online formulier melding Wmo of met het online formulier melding Wmo voor iemand anders.

Er is iets veranderd in uw persoonlijke situatie

Dit kan gevolgen hebben voor uw indicatie. U bent verplicht de verandering aan de gemeente door te geven.

Bijvoorbeeld:

  • Iemand bij u is komen inwonen.
  • Uw partner heeft een Wlz-indicatie gekregen.

Geef het zo snel mogelijk door met het online formulier melding Wmo of met het online formulier melding Wmo voor iemand anders.

Neem contact op met de organisatie die u hulp geeft

De naam van de organisatie staat op de brief ‘beschikking wmo’ die u van de gemeente heeft gehad.

Samen bekijkt u of er nog ruimte is binnen uw huidige indicatie. U hoeft dan geen contact op te nemen met de gemeente.

Als er geen ruimte is binnen uw indicatie, neemt u contact op met de gemeente.

Doe op tijd een melding voor verlenging

De hulp die u krijgt is tijdelijk. In de brief ‘Beschikking Wmo’ die u van de gemeente heeft ontvangen staat wanneer uw hulp stopt. Dit is de einddatum van uw hulp.

Denkt u dat u langer hulp nodig heeft? Neem dan contact op met de gemeente. Minstens 8 weken voor de hulp stopt.

U vraagt om verlenging door een nieuwe melding te doen:

Bel het aanmeldpunt

Bel het Aanmeldpunt Wmo, op telefoonnummer 14 072. Meld wat u wilt stopzetten en waarom u dat doet.

Doe op tijd een melding

Meld u bij het Aanmeldpunt Wmo. Minstens 8 weken voor uw verhuizing.

Zet in uw melding uw huidige en uw nieuwe adresgegevens.

Zorg ervoor dat u de volgende extra documenten meestuurt bij uw melding:

  • De beschikking die u van uw huidige gemeente heeft gekregen.
  • Als dat gemaakt is: het onderzoeksverslag van uw huidige gemeente.
  • Als u begeleiding of dagbesteding krijgt: het ondersteuningsplan.

Heeft u vragen?

Vraag uw huidige gemeente u te helpen.

Wmo is voor iedereen anders

De hulp vanuit de Wmo wordt per persoon bekeken. Dat betekent dat het verschillend is welke hulp of ondersteuning iemand krijgt.

Voorbeelden waarbij uw vraag niet onder de Wmo valt

U heeft een Wlz-indicatie, woont niet meer thuis en vraagt hulp aan die onder de Wlz valt.

Wlz staat voor Wet Langdurige Zorg. U vraagt deze hulp aan bij het CIZ. Op  de website van het CIZ kunt u een Wlz-check doen. Daar ziet u of uw melding onder de Wmo of Wlz valt.

Uw partner, kinderen of andere inwonende huisgenoten kunnen gebruikelijke hulp bieden.

Denk bijvoorbeeld aan stofzuigen, de was doen of de ramen lappen, het bijhouden van de financiële administratie en het opwarmen van maaltijden.

Uw hulpvraag is kortdurend. Bijvoorbeeld wanneer u net geopereerd bent.

Denk aan krukken of een rolstoel. U kunt dan hulp aanvragen bij het zorgkantoor. Soms is het mogelijk via uw zorgverzekering huishoudelijke hulp te krijgen na een ziekenhuisopname. Neem hiervoor contact op met uw eigen zorgverzekeraar.

U kunt geholpen worden door (vrijwilligers)organisaties in Alkmaar.

Meer hierover leest u op de onderwerpen onder Ondersteuning (Wmo).

U kunt via Medipoint een hulpmiddel lenen of huren.

Deze producten worden vaak vergoed door uw zorgverzekering.  Denk aan loophulpmiddelen, rollators, badplanken, douchestoelen en -krukken.

U kunt hulpmiddelen zelf aanschaffen of huren.

Deze hulpmiddelen zijn ook beschikbaar als iemand geen beperking heeft. Dit noemen we algemeen gebruikelijke voorzieningen.

Deze hulpmiddelen zijn te koop bij Medipoint. Maar ook bij winkels, zoals een bouwmarkt. Soms worden hulpmiddelen tweedehands aangeboden op Marktplaats.

Voorbeelden van algemeen gebruikelijke voorzieningen zijn:

  • een elektrische fiets,
  • douchebeugels;
  • een douchekrukje;
  • hendel-mengkranen;
  • een verhoogde toiletpot.

Wmo kan geweigerd worden

Al onze weigeringsgronden (redenen om te weigeren) leest u in de Verordening Wmo gemeente Alkmaar.

Voorbeelden van redenen

U schaft een hulpmiddel aan voordat u een beschikking van ons heeft.

U krijgt een beschikking als u een melding Wmo heeft gedaan en uw melding is onderzocht door een klantmanager. U kunt geen hulpmiddelen bij ons declareren die u al heeft gekocht. Behalve als u hier met ons afspraken over heeft gemaakt, bijvoorbeeld omdat er sprake was van spoed.

U heeft al vergelijkbare hulp(middelen).

Bijvoorbeeld als u al eerder een scootmobiel heeft gehad.

U bent verhuisd zonder dat hier een belangrijke reden voor was. Daardoor is de hulpvraag ontstaan.

Als u bijvoorbeeld al een traplift heeft gehad van ons, kunt u bij verhuizen geen nieuwe van de gemeente krijgen.

U kon weten dat uw hulpvraag zou ontstaan.

Wij verwachten bijvoorbeeld dat u zelf uw woning aanpast als uw leeftijd of beperkingen dat nodig (gaan) maken. Neem eens een kijkje bij het Slimste Huis.

U heeft een aandoening waardoor gebruik van bepaalde hulp(middelen) gevaarlijk is voor uzelf en/of anderen.

Bijvoorbeeld wanneer u een scootmobiel wilt maar niet meer volledig kunt meedoen aan het verkeer.

Uw hulpvraag is bedoeld is een woonruimte die niet bij uw hoofdverblijf hoort.

Bijvoorbeeld een tuinhuis.

Uw vraagt om een aanpassing in een gemeenschappelijke of openbare ruimte.

Wat wel kan:

  • automatische deuropeners,
  • hellingbanen,
  • het verbreden van gemeenschappelijke toegangsdeuren,
  • het aanbrengen van drempelhulpen of vlonders,
  • het aanbrengen van een opstelplaats bij de toegangsdeur van de gemeenschappelijke ruimte.