Terug naar de vorige pagina

Anja Schouten

Burgemeester

De burgemeester uitnodigen

Wilt u de burgemeester uitnodigen voor een bijzonder moment? Vul het uitnodigingsformulier in. Via het bestuurssecretariaat hoort u of de bestuurder wel of niet op uw uitnodiging in kan gaan.

Portefeuille

  • Beleidscoördinatie
  • Veiligheidsbeleid
  • Openbare orde en veiligheid
  • Relatiemanagement
  • Internationale samenwerking
  • Onderzoek en statistiek
  • Regionale taken van politie, brandweer en veiligheidsregio
  • Lobby en public affairs

Openbaar register

Nevenfuncties

  • Voorzitter Veiligheidsregio N-H Noord                                     
  • Voorzitter Burgemeestersoverleg                                             
  • Voorzitter gemeenschappelijke regeling Regionaal Historisch Centrum   
  • Lid dagelijks bestuur Nederlands Instituut Publieke Veiligheid
  • Voorzitter lokale en regionale driehoeken
  • Lid V10
  • Lid Stuurgroep Ondermijning
  • Voorzitter Integraal Bestuurlijk Afstemmingsoverleg Noord-Holland Noord
  • Voorzitter Stuurgroep Focusagenda Regio Alkmaar
  • Voorzitter Burgemeestersoverleg Regio Alkmaar
  • Deelnemer MAC/MRA
  • Lid Samenwerkingsverband 1572
  • Lid algemeen bestuur G40 Stedennetwerk (Themagroep Veiligheid)/
  • Lid Raad van Toezicht Stichting Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid

Geschenkenregister

Bekijk de pagina Geschenkenregister.

Speeches

Goedenavond,

Wat goed dat wij hier vanavond in groten getale kunnen zijn.

Vandaag herdenken wij de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog in Europa en Zuidoost-Azië. We herdenken ook de slachtoffers van oorlogssituaties en vredesoperaties waarbij Nederland betrokken was na de Tweede Wereldoorlog.

En we zijn stil. Eenmaal per jaar zijn we twee minuten stil.

Oorlog grijpt diep in op een mensenleven. Niet alleen in dat van de mensen die de oorlog zelf meemaken, maar ook van hun kinderen en de kinderen van hun kinderen. Oorlog, het onvoorstelbare onrecht, de onveiligheid en het verdriet: ze laten littekens achter die nooit meer verdwijnen. Mw. Gerdi Verbeet sprak hier recent in deze kerk in het kader van de Van Foreest lezing een aangrijpend betoog over uit. Zij gaf ons mee:

De meeste van ons hebben de Tweede Wereldoorlog niet meegemaakt, maar velen zijn er wel mee opgegroeid en opgevoed… Opeens is oorlog ook hier niet meer iets van vroeger. Er is weer oorlog in Europa. Er is weer oorlog in het Midden-Oosten met alle gevolgen voor de samenleving hier. En weer groeit er nu dus een generatie jongeren op die getekend wordt door oorlog[1].”

Oorlog raakt ons allen. Ook mensen zoals u en ik, die in vrijheid leven, maar verdriet en onmacht voelen bij hetgeen er in onze tijd, in de wereld gebeurt.

We maken ons zorgen over oorlogen én over andere grote gebeurtenissen in de wereld. Maar we hebben niet allemaal dezelfde zorgen. Waar voor de één de veranderingen veel te snel gaan, gaat het voor de ander lang niet snel genoeg.

“Helaas blijkt dat vreedzaam met elkaar samenleven er de afgelopen jaren in Nederland niet eenvoudiger op is geworden. We staan steeds meer tegenover elkaar. Verschansen ons in ons eigen gelijk, omringen ons met mensen die net zo denken als wij.[2]


De verschillen tussen hoe mensen denken en in de wereld staan worden groter, ook in Alkmaar. Verschillen op scherp gezet door oorlog, corona en klimaatverandering. Op sociale media gaat het hard tegen hard. Je bent voor of je bent tegen. Meer smaken zijn er niet, zo lijkt het.

Dit jaar is het thema van 4 en 5 mei “Vrijheid vertelt; Opmaat naar 80 jaar vrijheid”. Ik wil vanavond met u terugkijken naar nog iets langer geleden, naar de jaren voorafgaand aan de Tweede Wereldoorlog: Nederland leeft in vrede, maar er broeit iets. De meningen worden stelliger. Groepen komen meer tegenover elkaar te staan. In sommige kranten is steeds duidelijker een anti-Joods sentiment te lezen. Bij het Regionaal Archief las ik een aantal van die artikelen. De stelligheid en de vijandigheid van toen, doet me denken aan de toon in media van vandaag.

En dat moet ons waakzaam maken. Want we moeten nu toch weten dat woorden ertoe doen. Dat die woorden destijds de opmaat was voor een verschrikkelijke wereldoorlog en de vernietiging van miljoenen Joden, maar ook Roma en Sinti, homoseksuelen, verzetsmensen, andersdenkenden, gehandicapten en psychiatrisch patiënten.

De Holocaust is de extreme consequentie van het uitsluiten van mensen op basis van hun afkomst. De Holocaust leert ons dat we ons altijd moeten verzetten tegen elke vorm van discriminatie en racisme.[3]

Laten we leren van onze geschiedenis!

Laten we docenten steunen die hierin zo’n belangrijke rol hebben. Laten we het zelf blijven vertellen aan jonge en oudere mensen die dat lijken te vergeten. En vooral laat het doorklinken in onze eigen woorden.

We zijn het verschuldigd aan al die mensen die we vandaag herdenken. Laten we ter nagedachtenis aan hen, en uit zorg voor ieder die nu leeft, het dit keer anders doen. De geschiedenis hóeft zich niet te herhalen.

Een aantal jaar geleden kreeg ik tijdens mijn eerste Alkmaarse Vredesweek een heel klein zilveren theelepeltje. Een speldje van nog geen 3 centimeter groot. Het symbool van de “Orde van het Theelepeltje”.

Die Orde is ontstaan vanuit een idee van vredesactivist Amos Oz. ‘Als er een ramp gebeurt,’ zo zei hij. ‘Zoals een uitslaande brand bijvoorbeeld. Wat doe je dan? Rennen voor je leven, zo snel als je kunt, en degenen die niet kunnen rennen aan ​hun lot overlaten? Of ga je een boze brief schrijven aan de redactie van je krant en eisen dat degenen die verantwoordelijk zijn voor handhaving van de brandveiligheidseisen voor gebouwen uit hun ambt worden gezet of oproepen tot demonstraties?

Wat je ook kunt doen: een emmer water halen om het vuur te blussen. En als je geen emmer hebt, dan neem je een glas water. En als je geen glas hebt, dan neem je een theelepeltje water. Iedereen heeft wel een theelepeltje. Een theelepeltje is heel klein en het vuur is enorm, maar we zijn met miljoenen en ieder van ons heeft wel een theelepeltje[4].’

Graag draag ik deze mooie gedachte vanavond uit. Immers eenieder van ons heeft wel een theelepeltje. En sommigen van ons hebben een glas of misschien zelfs een emmer. Maar dat theelepeltje, als we het allemaal gebruiken, is genoeg.

Je theelepeltje gebruiken, is een klein gebaar. Niet weglopen, doen. Het is verbondenheid in verscheidenheid. Het is scholen uitnodigen om hen een kijkje in de keuken te geven van jouw kerk, synagoge of moskee. Het is zorgen dat iemand een fiets en daarmee bewegingsvrijheid krijgt. Het is het hartstochtelijk met elkaar oneens zijn, en toch met elkaar in gesprek blijven. Het is luisteren naar iemand die niet gehoord wordt. Het is de goede aandacht geven aan jongeren die geen hulp vragen maar wel kunnen gebruiken en hen helpen een verstandig en zelfstandig mens te worden. Het is zeggen: ‘Al voel ik jouw verdriet of zorgen niet, ik kan er wel respect voor opbrengen’.

In Alkmaar mogen we ons gelukkig prijzen met een langjarige vredestraditie. Velen van ons hebben geweldige herinneringen aan onze bevrijdingsfestivals. En elk jaar in september vieren we in Alkmaar de Vredesweek.

 Vanuit de gedachte “vrede heeft onderhoud nodig” komen vertegenwoordigers uit alle geloofsgemeenschappen en diverse maatschappelijke organisaties bij elkaar. Mensen uit alle generaties en uit verschillende delen van onze Alkmaarse samenleving komen samen om de waarde van vrede te delen. Via ontmoeting, muziek, dans, discussie, wandelingen, beeldende kunst. De vredesboom op de hoek van de Molenbuurt is daar een mooie getuige van.

En altijd met speciale aandacht voor jongeren. Want vrede is geen rustig bezit, aan vrede moet je werken, vrede moet je koesteren. En vooral: Vrede moet je doorgeven!

Ik begon deze herdenkingsrede hoe diep oorlog ingrijpt in mensenlevens, waarbij ik citeerde uit de lezing van Gerdi Verbeet. Zij gaf ons ook goede raad mee:

Wees nieuwsgierig. Verdiep je in elkaar. Begin met de ander te vertrouwen in plaats van op voorhand te wantrouwen… Je hoeft ze echt niet altijd gelijk te geven, maar luister in elk geval naar wat ze te zeggen hebben. En sta pal voor hun grondrechten ook als ze andere opvattingen hebben als jijzelf.”[5]

Vanavond staan we stil en zijn we stil.

Voor de Dodenherdenking in 2004 schreef de Dichter des Vaderlands Simon Vinkenoog een gedicht over die stilte dat niets aan actualiteit heeft ingeboet.

Stilte

Nooit mogen wij vergeten

wat oorlog betekent

in het leven van iederéen

Elke oorlogsdode

en er waren en zijn er miljoenen

is er één te veel

Zoveel mensenkinderen

onschuldig getroffen

zoveel mensen ook

die voor vrijheid vochten

Zijn twee minuten stilte

voldoende – genoeg?

Dringt het besef dat oorlog

een ziekte is, als armoede

en ondervoeding,

in twee minuten tot ons door?

Moge het altijd stil in ons zijn

het diepste contact met ons zelf

vindt in stilte plaats

Ver van pijn en geweld

waar vrede heerst

liefde, wijsheid, stilte

Vanavond zijn we stil.

Wij herdenken allen die sinds de Tweede Wereldoorlog, in oorlogssituaties en bij vredesoperaties in het Koninkrijk der Nederlanden of waar ook ter wereld zijn omgekomen.

En laten we stilstaan bij wat ons verbindt. Door de vrijheid waarin we mogen leven te koesteren en zuinig te zijn op onze vrede. Iedereen kan daaraan bijdragen, een theelepel is immers genoeg.


[1] Van Foreest Publiekslezing d.d. 12 maart 2024, Kinderen en oorlog een verhaal zonder einde.

[2] Van Foreest Publiekslezing d.d. 12 maart 2024, Kinderen en oorlog een verhaal zonder einde.

[3] Open brief van Nederlandse burgemeesters tegen opkomend antisemitisme d.d. 26 april 2024

[4] Website Orde van het theelepeltje

[5] Van Foreest Publiekslezing d.d. 12 maart 2024, Kinderen en oorlog een verhaal zonder einde.

Goedemiddag allemaal. Familie, nabestaanden, leden van de Joodse gemeenschap en andere belangenstellenden. Een bijzonder welkom aande heer De Leeuw, kinderburgemeester Malaika, stadsdichter Lonneke van Heugten en de kinderen van OBS De Kennemerpoort. Tot slot welkom en een woord van dank aan alle werkgroepleden die deze herdenking samen hebben voorbereid. Wat goed dat we hier vandaag bijeen zijn.

Er zijn vele Joodse spreuken die wijsheid in zich dragen. ‘Vergeten is ballingschap, herdenken is verlossing’ is één van die spreuken. Op 5 maart 1942 heeft de Duitse bezetter geprobeerd de Joodse Alkmaarders uit te wissen, in vergetelheid te brengen. Het is ze niet gelukt. Want wij zijn hen niet vergeten. En wij zijn niet vergeten welke verschrikking hen is aangedaan. Wij herdenken.

Wij herdenken dat vandaag, precies 82 jaar geleden, op deze plek, twee treinen 173 Alkmaarders deze stad, hún stad, uitvoerden. Op bevel van de Duitse bezetter verdwenen zij uit Alkmaar. Omdat zij Joods waren. Weg van hun thuis, hun banen, hun vrienden, hun vertrouwde omgeving. Weg van hun levens. Slechts zeer weinigen van hen keerden ooit nog terug.

Op 5 maart 1942 sneeuwde het. Op die ijskoude dag verdween nagenoeg de gehele de Joodse gemeenschap in Alkmaar – van de oudste Elisabeth Velleman-Godlieb van 89 jaar tot de jongste, Aron den Hartog, nog maar 5. Samen met de andere Joodse Alkmaarders vertrokken zij vanaf hier richting het toen nog ongewisse. Alkmaar verloor met hen gewaardeerde mensen uit de gemeenschap: buren, collega’s, vrienden.

Vandaag de dag komen hier elke dag opnieuw veel mensen langs. Mensen met dromen, hoop en een toekomst. Sinds september vorig jaar komen zij daarbij langs dit Alkmaars Namenmonument. Een plek met de namen van de 173 mensen wier dromen, hoop en toekomst van hen afgenomen werden door de Duitse bezetter. Mensen die niet vergeten mogen worden.

Het is belangrijk om blijvend aandacht te hebben voor de ontmenselijking en de onbeschrijfelijke misdaden die gepleegd zijn tegen Joden in de Tweede Wereldoorlog. We moeten daarom de verhalen blijven vertellen. Aan elkaar en aan onze kinderen, en zij weer aan hun kinderen en hún kinderen. We blijven de verhalen delen. Thuis en op school.

Want antisemitisme is niet iets van toen. Het is niet een nare herinnering aan iets wat nu voorbij is. Antisemitisme is levend. En dat is beangstigend. Voor ons allemaal. En voor Jóódse Alkmaarders in het bijzonder. En die zijn er, want hoe hard de Duitse bezetter ook geprobeerd heeft de Alkmaarse Joodse gemeenschap te vernietigen: het is niet gelukt.

Stukje bij beetje is de Joodse gemeenschap in Alkmaar weer gegroeid. Opnieuw zijn we – gelukkig – buren, collega’s, vrienden. En opnieuw zijn er diensten in de prachtige synagoge die opgeknapt en heropend is.

Regelmatig spreek ik leden van de Alkmaarse Joodse gemeenschap. Ik spreek met hen, (met u), over de toegenomen haat en wat dat met hen (u) doet. Ik zie oude wonden, soms nog nauwelijks geheeld, weer opengaan. Ik leef diep met hen (u) mee en hoop dat zij (u) onze steun en medeleven, ook rondom de ontwikkelingen in de wereld blijft ervaren.

Sinds oktober vinden er regelmatig gesprekken plaats tussen vertegenwoordigers van alle geloofsgemeenschappen in Alkmaar. Vredesgesprekken noemen we die. We vinden en spreken elkaar vanuit de diepe overtuiging dat we het samen moeten doen. Dat we in verbinding moeten blijven. Dat zijn niet altijd makkelijke gesprekken, maar ze zijn ontzettend waardevol en ik ben meer dan dankbaar dat we deze gesprekken kunnen voeren en dat u erbij bent.

(Nog zo’n mooi Joods gezegde:) ‘Wie één leven redt, redt de hele wereld.’ Laten wij dit proberen. Door in gesprek te blijven, door de verhalen te blijven vertellen, door te herdenken en blijvend te herinneren.

Want in Alkmaar vinden we herdenken belangrijk. We doen het op 4 mei, op 11 oktober en we doen het vandaag. Deze eerste herdenking van de gebeurtenissen op 5 maart 1942, is wat mij betreft dan ook het begin van een nieuwe Alkmaarse traditie. Vanaf nu herdenken wij hier op deze plek ieder jaar de 173 Alkmaarders die gedwongen werden om hun stad te verlaten en die slachtoffer werden van het naziregime. 

De laatste spreuk die ik met u wil delen is: ‘Een mens is pas vergeten als zijn naam vergeten is’ Vandaag noemen wij hun namen. We zetten deze 173 mensen in het licht. Opdat zij nooit worden vergeten.

Ik dank u nogmaals voor uw komst en wens u een waardige herdenking.

Mogen hun zielen opgenomen zijn in de bundel van het eeuwige leven

Goedemiddag, familie, kinderen, klein- en achterkleinkinderen, leden van de klankbordgroep. Namens het college van Alkmaar heet ik u welkom bij deze herdenkingsmiddag en de onthulling van het Joods Namenmonument. Dank voor uw komst, ik begrijp dat er zelfs mensen van heel ver zijn Australië en Nieuw Zeeland. Een bijzonder welkom aan Rabbijn Spiero en Rabbijn ten Brink. Welkom ook de heer Hoebe, maker van het Namenmonument en Jan van Baar, auteur van het boek “De Vervolging van Joods Alkmaar” dat deze week is verschenen.

Oud-burgemeesters van Rossen en Roemer, wat fijn om ook u hier vandaag te zien.

En tot slot speciaal welkom raadslid van der Rhee. In november 2019 diende u de motie in, met de naam “Opdat wij nooit vergeten” en nam daarmee het initiatief voor dit Namenmonument.

Lang hebben we met elkaar toegewerkt naar deze dag, vandaag, waarop we het Namenmonument kunnen onthullen. Gezamenlijkheid en zorgvuldigheid waren leidend in het hele proces. Geen concessies, maar gezamenlijk en zorgvuldig of het nu ging om de locatie, het ontwerp, het materiaal of de goede namen op het monument. Ik dank de maker de heer Hoebe, de leden van de klankbordgroep, ambtenaren en overige betrokkenen voor hun constructieve bijdrage en hun geduld.

Vandaag staan we stil bij namen, de namen van mensen. Joodse Alkmaarders die de verschrikkingen van het naziregime niet hebben overleefd. Vandaag geven wij hen hun naam en hun menselijkheid terug.

Op 5 maart 1942 vond in Alkmaar een pijnlijke en verdrietige uittocht plaats. Alle Joodse inwoners werden gedwongen de stad te verlaten. Via het station reisden ze – met kaartjes die ze zelf moesten kopen – naar Amsterdam, waarna voor velen de doorreis naar Westerbork en de dood in de vernietigingskampen volgde.

Vanaf vandaag kunnen we, bij het station vanwaar zij vertrokken, elke dag van het jaar stilstaan bij hun namen. Een monument ter herinnering aan Joodse Alkmaarders die gedood werden door het naziregime.

De kolommen van het monument symboliseren ieder individueel slachtoffer. De bronzen band rondom de kolommen symboliseert en verbeeldt de treinwagons, en daarmee de koude systematiek van de deportatie. Op de band staan de namen en de leeftijden van de omgekomen Alkmaarse Joden. Rondom het monument ligt een rand van bronzen klinkers. Deze symboliseren de overlevenden die zo de slachtoffers omarmen.

Namen, onze namen hebben betekenis. Ze zijn van ons. Een naam is vaak het eerste wat we krijgen van onze ouders. Een naam zegt iets over waar u vandaan komt, de familie waar u bij hoort. Uw naam is ook hetgeen waar u mee herinnerd zal worden. Voor u en mij is onze naam vanzelfsprekend.

Maar in oorlog is niets vanzelfsprekend. De bezetter nam in de Tweede Wereldoorlog meer dan levens, bezit en geld. Het kwaad ging dieper. De grondigheid waarmee de Duitse bezetter identiteit, bezit en menselijkheid afnam is huiveringwekkend.

De historie van Alkmaar leert ons niet alleen de verhalen van victorie. Ieder jaar komen er weer kleine en grote puzzelstukjes bij over deze donkere periode in onze gemeente. Verhalen waar je het koud van krijgt, maar ook verhalen die we moeten blijven vertellen.

De woningen die de Joodse inwoners bij hun deportatie achterlieten waren niet meer hun eigendom. De nazi’s hadden hun bezit al eerder onteigend. De Joodse mensen die de Holocaust overleefden en terugkeerden naar hun woonplaats, kwamen daar vrijwel altijd tot de ontdekking dat hun huis door vreemden werd bewoond. Zij kregen via Den Haag weliswaar rechtsherstel, maar dat was een kil, moeizaam en bureaucratisch proces.

Bij het onderzoek naar slachtoffers van de Holocaust uit Alkmaar ten behoeve van het Namenmonument stuitten we op een weerzinwekkende nazi-wet. Een nabestaande die de oorlog niet zelf meemaakte, maar wel een leven lang met oorlog leefde schreef ons een indringende brief.

In 1938 was in Duitsland een namenwet aangenomen. Die bepaalde dat Joden sommige namen niet meer mochten gebruiken, en er was een speciale lijst met namen die alléén door Joden gebruikt mochten worden. De nazi bepaalde dus mee welke naam een kind kreeg.

De nabestaande van de familie Katz noemde dit “een brandmerk van de nazi-overheid”. En schreef ons: Zó hebben ze nooit geheten. Ze hebben al zoveel afgepakt, nu ook nog steeds hun naam. En daarom begonnen we begin dit jaar opnieuw met de bronzen band van het namenmoment. Daarop staan nu de namen die de ouders hun kind gaven, hun échte namen. 173 in totaal.

Terug naar die trieste dag 5 maart 1942. De Duitse verordening schreef voor dat op die dag “slechts ter voet mocht worden voortbewogen”. Dat gold ook voor de zussen Alida en Jeannette Prins. Alida Prins was eigenaar en apotheker en runden samen met haar zus Jeanette de apotheek Ansingh en Mesman aan de Magdalenastraat. Zij waren bekend en gewaardeerd in Alkmaar en zo verbonden met hun mensen dat zij kort voor 5 maart een rondtocht door de stad maakten om vanuit een rijtuig afscheid te nemen van hun personeel.

Alida stierf aan een hartaanval tijdens een razzia in Amsterdam in november 1942. Jeannette werd op 16 februari 1943 vermoord in Auschwitz.

Het verhaal van de zussen is te lezen in het boek “De Vervolging van Joods Alkmaar” van Jan van Baar. In deze uitgave van het Regionaal Archief worden de levens beschreven van de 173 in de Tweede Wereldoorlog vermoorde Joodse stadgenoten. De namen van het monument krijgen daarmee diepgang en de mensen worden nog meer mens.

Het boek beschrijft ook de levens van de 118 Joodse Alkmaarders die de oorlog wel overleefden, maar voor altijd met die oorlog moesten leven. Het boek geeft een biografie aan de namen. Als tastbare herinnering aan deze bijzondere dag bieden wij u dit boek graag als geschenk aan.

Bij het station hadden zich die 5de maart 1942 ongeveer dertig vooraanstaande stadsgenoten verzameld. Zij wilden de medeburgers die gedwongen werden de stad te verlaten een hart onder de riem steken. Onder hen waren voorgangers van de verschillende kerken en de echtgenote van de kort daarvoor afgezette burgemeester.

Het was een daad van protest, steun en medemenselijkheid, en zo kan ik me voorstellen, ook een uiting van hun onmacht omdat zij dit afschuwelijke tij niet konden keren. Deze Alkmaarders lieten zich niet ontmoedigen door het sentiment van hun omgeving, ze volgden hun eigen hart. Zij bleven de mensen zien.

In Alkmaar tolereren we geen uitsluiting, racisme en antisemitisme. In het Alkmaar van nu moet iedereen kunnen zijn wie die wil zijn, ongeacht achtergrond, religie of geaardheid. Iedereen in deze gemeente moet zich veilig kunnen voelen. Iedereen verdient respect. 

Maar helaas, dit gaat zeker niet vanzelf en vraagt voortdurend aandacht. En ook in Alkmaar zijn er incidenten, ook met antisemitische lading. Ik spreek daarover met de vertegenwoordigers van de huidige Joodse gemeenschap in Alkmaar. Deze lelijke gebeurtenissen maken mij boos, verdrietig en strijdvaardig en we tolereren ze niet. Dus alstublieft, meld ze!  

De strijd tegen antisemitisme is geen Joodse aangelegenheid. Het is de verantwoordelijkheid van ons allen – jong en oud, Joods en niet-Joods – om te zorgen dat dit stopt. Bewustwording en scholing, over de holocaust, en ook de verhalen over de Tweede Wereldoorlog in ons eigen Alkmaar zijn en blijven daarom belangrijk. Juist ook voor jonge mensen. Antisemitisme is helaas niet iets van vroeger of van ver weg, het is er ook in het heden en soms dichtbij. We moeten waakzaam zijn, want dit nooit meer.

Een oud Joods gezegde luidt: een mens is pas dood als zijn naam niet meer genoemd wordt.

Straks wandelen we met elkaar naar het station om het Namenmonument te onthullen. Op het monument staan de 173 namen en na de onthulling zullen 6 jongeren de namen uitspreken.

Zodat ze nooit vergeten worden, zodat ze altijd mogen zijn. Laat hun namen in een eeuwigheid klinken, zodat wij weten dat het niet gelukt is om ze uit te wissen.

“Mogen hun zielen opgenomen zijn in de bundel van het eeuwige leven”

Dank voor uw aandacht.

Ik wens u een waardige herdenking en onthulling.

Welkom allemaal en in het bijzonder Minister en Consul-Generaal Mrs. Hyejeong Ahn.

Wat fijn dat we hier met elkaar aanwezig kunnen zijn. Een moment dat we elkaar kunnen ontmoeten.

Vandaag op Commemoration Day vieren we de betrekkingen tussen De Rijp in de gemeente Alkmaar en Zuid-Korea. We koesteren de relatie tussen Zuid-Korea en onze gemeente. Niet alleen historie verbindt, maar ook ontmoetingen als deze zijn daarbij waardevol.

Stichting Jan Janszn. Weltevree speelt daarbij een belangrijke rol. De stichting heeft als doel de relatie tussen De Rijp en Korea te benadrukken en te intensiveren. Gemeente Alkmaar is stichting Jan Janszoon Weltevree dankbaar voor haar inzet om de geschiedenis van Jan Janszn. Weltevree, ook wel Pak Yon genoemd, en De Rijp in ere te houden.

Voor Alkmaar is het dit een bijzondere week en een bijzonder jaar. Afgelopen maandag, 21 augustus, was het precies 450 jaar geleden dat de Spanjaarden Alkmaar belegerden. In 1573 wilde Nederland onafhankelijk worden van de Spanjaarden. De Spaanse overheersers lieten dit niet zomaar gebeuren en omsingelden Alkmaar.

Dit beleg had ook gevolgen voor de omliggende dorpen op het Schermereiland, zoals de Rijp, waar wij nu staan. De leider van het verzet, Sonoy, vroeg de dorpen Graft en De Rijp om honderd schansgravers te sturen om mee te werken aan de versteviging van de vestingwerken van Alkmaar

Iets later in augustus riep Sonoy alle weerbare mannen in dit gebied op,  de wapens op te pakken tegen de Spaanse vijand. De dorpen vroegen om ontheffing. Gezien de strategische ligging aan het water waren die weerbare mannen hard nog om hun dorpen, vrouwen, kinderen en goederen te verdedigen. Die ontheffing kregen ze.

Na een strijd van anderhalve maand moesten de Spanjaarden zich gewonnen geven en verlieten zij Alkmaar op 8 oktober. Hiermee is Alkmaar de eerste Nederlandse stad die het machtige Spaanse leger wist te verslaan. Zo begon de Victorie in Alkmaar. Dat vieren we elk jaar op 8 oktober en dit jubileumjaar vieren we dit het hele jaar met vele kleinschalige activiteiten en evenementen en grote activiteiten richting 8 oktober. Ook in de Rijp.

Overigens was voor de Rijp en de andere dorpen het gevaar na oktober 1573 helaas nog niet geweken. Ook na Alkmaars Victorie vonden hier nog regelmatig confrontaties plaats met de Spaanse troepen. In de winters moesten de bewoners bijvoorbeeld het ijs stuk breken om te voorkomen dat de vijand het water kon oversteken.

Ik heb vernomen dat later vandaag Geus “De Flierefluiter” ook over Alkmaars Ontzet gaat vertellen. 

Ieder jaar verwelkomen we graag Koreaanse bezoekers. Dat kan tijdens hun vakantie of vanwege een andere gelegenheid. Een aantal jaar geleden begrepen we dat het goed zou zijn als de toeristische informatie ook beschikbaar is in het Koreaans. Aan zo’n mooi verzoek geven wij graag gehoor. Daarom bieden wij elk jaar een Koreaans toeristisch product aan.

Dit is het derde jaar dat de gemeente Alkmaar een toeristisch product heeft meegebracht. Het eerste jaar was het een fietsroute, de Leeghwater- en Pontjesroute. Dat waren 2 fietsroutes, die beide starten in De Rijp en voeren door authentiek Hollands Landschap met molens en historische stolpenboerderijn, langs bestaande meren, waar men met een pontje het water over gaat, en langs drooggelegde meren, zoals de Schermer en de Beemster.

Vorig jaar is de Rondwandeling door de Rijp in het Koreaans vertaald. Deze wandeling gaat start bij het Raadhuis van De Rijp, waar we straks langskomen, en gaat door het historische centrum van de Rijp. Daarbij wandelt u als het ware door de 17de eeuw.

Dit jaar zou ik u iets anders willen presenteren, namelijk 3 verschillende ansichtkaarten waarbij in het Koreaans ‘de groeten’ wordt gedaan vanuit onze mooie gemeente.

Ten eerste, een ansichtkaart van de Schermer molens in het Land van Leeghwater. Een authentiek Hollands landschap.

Ten tweede, een typisch Alkmaars beeld, namelijk van het Waagplein met het Waaggebouw waar al honderden jaren op dezelfde manier op vrijdagochtend kaas wordt verhandeld op de Kaasmarkt.

En de 3de ansichtkaart is hier in de buurt, namelijk het historische centrum van De Rijp met het oude Raadhuis.

Naast de fietsroute door het Land van Leeghwater en de wandelroute door De Rijp kunt u nu ook een mooie ansichtkaart versturen, (of natuurlijk zelf ophangen)

Graag bied ik u, Mrs. Hyejeong Ahn, het eerste exemplaar aan.

Goedenavond,

Vandaag precies 451 jaar geleden was Jacob van Waerendel, burgemeester van Alkmaar, hier op deze plek om de Eerste Vrije Statenvergadering bij te wonen. Nu ben ik burgemeester van Alkmaar, en ik vind het een eer om u vandaag, bij deze herdenking en op deze plek te mogen toespreken. Dank aan burgemeester Kolff en de organisatie voor deze uitnodiging.

Destijds vonden Dordrecht en Alkmaar elkaar. En nu opnieuw in de 21 ste eeuw, samen met meer dan 40 andere gemeenten binnen het Samenwerkingsverband 1572, ‘de geboorte van Nederland’.

Wat een goed idee was dat! Vooral omdat het niet alleen gaat over geschiedenis, het geeft ons ook een opdracht én inspiratie mee voor het Nederland van nu.

Van Alkmaar de Victorie. Ieder jaar op 8 oktober viert en herdenkt Alkmaar, het Alkmaars Ontzet van 1573. Eén jaar na de Eerste Vrije Statenvergadering lukte het Alkmaar, als eerste stad van Nederland, om de Spanjaarden te verdrijven. Met helden als Dirk Duivel en Cabeljou, van de Meij de stadstimmerman die met geheime briefjes in zijn polsstok gouverneur Diederik Sonoy vroeg om de dijken door te steken, de bangste dag en veel dappere mannen en vrouwen die het beleg doorstonden om uiteindelijk de overwinning te behalen.

Een helder verhaal over goed en kwaad, kloek geconstrueerd rond 1860. Niet toevallig ook het jaar waarin het Alkmaars Stedenlied werd geschreven dat ons als Alkmaarse kinderen van jongs af aan wordt bijgebracht. “Toen Spanjes dorst naar Hollands Bloed beteugeld werd door Alkmaars Moed”.

En toch….

“het verhaal van een grootste overwinning is altijd gebouwd op het drijfzand van menselijk lijden” is ook op Alkmaar van toepassing.

Ik vind het heel waardevol dat het herdenken en vieren van Alkmaar Ontzet 450 jaar tot activiteiten heeft geleid waarbij ook de andere verhalen verteld worden. De martelaren van Alkmaar, het molesteren van het Clarissenklooster en de afbraak van de abdij van Egmond om het Alkmaars verdedigingswerk op peil te brengen laten zien dat er een grote prijs betaald is voor de Victorie.

En ook de gang van zaken rondom de Alkmaarse aanwezigheid bij de Eerste Vrije Statenvergadering kent wat minder mooie kantjes en is minder eenduidig dan we op school leerden.

Deelname van Alkmaar aan de Eerste Vrije Statenvergadering was niet vanzelfsprekend, en wellicht zelfs niet geheel vrijwillig. Alkmaar had zich in juni 1572 slechts noodgedwongen en bepaald niet met enthousiasme bij de Opstand aangesloten. Door de Alkmaarse vroedschap werden naar Dordrecht afgevaardigd: Burgemeester Van Waerendel en lid van de vroedschap Claes Harcxz. Deze burgemeester was een bijzondere keuze, hij was (en bleef) katholiek en had zich eerder bij de raad van beroerte beklaagd over het feit dat de calvinisten hem niet leken te vertrouwen.

Op 28 juli zijn de heren weer terug in Alkmaar. Opvallend is dat het Claes Harcxz is, die op die dag in de vroedschap rapporteert over de Statenvergadering. Van Waerendel wordt nog wel genoemd, maar niet meer als burgemeester. Wat blijkt: tijdens zijn verblijf in Dordrecht zijn er drie nieuwe burgemeesters benoemd. Eén van hen is Claes Harcxz. De zittende burgemeesters zijn de dag ná de Statenvergadering ontslagen. Van Waerendel werd zelfs nog enkele dagen gevangengezet.

Wat er door Alkmaar precies werd ingebracht tijdens de Statenvergadering in Dordrecht, weten we niet. De Alkmaarse vroedschapsnotulen zwijgen erover en ook in de bewaard gebleven notulen van de Statenvergadering is dit niet terug te vinden.

Een jaar na de Eerste Vrije Statenvergadering (nu dus 450 jaar geleden) vraagt Willem van Oranje Alkmaar de stadspoorten te openen en de Geuzen binnen te laten. Het stadsbestuur twijfelde. Na de recente val van Haarlem was er sprake van grote verslagenheid in het kamp van de opstandelingen. Ook in Alkmaar zie je dat terug. Een aantal burgers – waaronder waarschijnlijk de broer van één van de in 1572 afgezette burgemeesters- verzocht het Spaanse leger om snel Alkmaar te bezetten. De stad zelf was loyaal aan de opstandelingen, maar men wilde geen soldaten in de stad legeren. Men had zeer slechte ervaringen opgedaan met inkwartiering en daarom wees Alkmaar alle verzoeken van Oranje en Sonoy daartoe, af. 

Alva had een brief laten rondgaan met verzoenende taal. Opstandige steden werden opgeroepen om de strijd te staken. Tegelijkertijd werd er gedreigd met grote wreedheid als men zich bleef verzetten. 

De Alkmaarse burgemeesters kunnen geen besluit nemen of ze de Geuzen toelaten, ze zijn te zeer verdeeld. De huidige collegekamer is waarschijnlijk het decor geweest van deze ingewikkelde gesprekken. De keuze wordt uiteindelijk – met enig geweld – geforceerd door twee Geuzenleiders, waaronder Cabeljou, die met een aantal getrouwen in de stad zijn toegelaten voor overleg. De Friese Poort wordt door hen geopend, waarschijnlijk al dan niet openlijk met hulp van burgemeester Van Teylingen.

Op 21 augustus 1573 begint de belegering van Alkmaar en kort daarna worden door Sonoy de dijken doorgestoken. Op 18 september volgde wat wel de bangste dag wordt genoemd: een Spaanse aanval die de Alkmaarders, mannen, vrouwen, kinderen dapper weten af te slaan. Op 8 oktober beëindigde het Spaanse leger het beleg, daartoe gedwongen door het stijgende water en de onwil van de soldaten.

Alkmaar is de eerste stad in Nederland die met succes een Spaanse belegering heeft doorstaan. Alkmaar was ontzet. ‘Van Alkmaar de Victorie!’ wordt een vaste uitdrukking.

Elk jaar herdenkt Alkmaar met de viering van het beleg en ontzet dat de vrijheid van geweten een vrijplaats verwierf en dat de Hollandse steden niet kansloos waren tegenover een supermacht. Maar ook is het besef doorgedrongen dat de prijs hoog was.

Er waren slachtoffers en in de euforie van de Victorie werden nieuwe slachtoffers gemaakt. Er ontstond een wij-zij-cultuur van protestanten tegenover katholieken, een verdeelde samenleving, waarin de ene repressie werd vervangen door de andere. En het duurde vervolgens eeuwen voordat we ook dat gevolg achter ons konden laten. Een goed begrip van de ‘Victorie’ mag die kant niet onbelicht laten.

Hier, op deze plek, was de Eerste Vrije Statenvergadering. Deze was in feite illegaal en zal door de Spaanse vorst als een provocatie en oorlogsdaad gezien zijn. Het leidde dan ook tot hevige repercussies waarbij vele slachtoffers vielen en grote vernielingen werden aangericht. Maar het belang blijkt vele malen groter dan toen gedacht. Hier werden immers de fundamenten voor de huidige parlementaire democratie gelegd. In de eeuwen daarna hebben we met elkaar een stevige democratische infrastructuur opgebouwd.

Gek genoeg vind ik de nieuwe verhalen over de toenmalige leiders van Alkmaar van die tijd die ook hun opportunisme, twijfel en falen tonen inspirerender dan het gepolijste heldenepos uit mijn jeugd. Het zijn echte, complete verhalen. Waarin niet alleen ruimte is voor de stereotype held, maar ook

voor vrouwen, kinderen, paradijsvogels. Waar gegokt en verloren wordt, waar men voortvarend handelt, maar ook achteraf acties betreurt. Waar wanhoop is en opluchting.

Kortom verhalen over echte mensen, waar mensen van nu moed en inspiratie uit kunnen putten. Omdat wij zien dat de grote daden van toen door vasthoudendheid van velen tot stand kwamen en dat niet alles in een keer raak hoeft te zijn. Dat koers houden op een gezamenlijk ideaal mogelijk is, ook als de verliezen groot zijn. En dat je samen moet vieren wanneer dat kan.

Het toont ons dat besturen mensenwerk is, en – dat ook als je strijdt voor de goede waarden – dit niet eenvoudig is. Het laat voor mij ook zien hoe krachtig saamhorigheid tussen mensen kan zijn, en hoe zeer je elkaar nodig hebt in tijden van grote veranderingen en mensen vaste waarden moeten loslaten. Het geeft me daarmee ook richting aan hoe ik mijn burgemeesterschap in Alkmaar wil vormgeven: ” Moedig Voorwaarts!” 

Dit jaar viert en herdenkt Alkmaar 450 jaar Ontzet. Bij deze viering en herdenking stellen we de vier V’s centraal: Vrijheid, Verdraagzaamheid, Verscheidenheid en Verbondenheid. Alle activiteiten, klein, groot en heel groot, leggen de verbinding met deze begrippen.

De vier waarden, de V’s vragen om onze aandacht, bescherming en onderhoud. Als gemeente Alkmaar blijven we daarom het gesprek over deze thema’s aangaan met onze inwoners, onze bezoekers en met iedereen die het maar horen wil. Bijvoorbeeld tijdens de stadsgesprekken over racisme en discriminatie en tijdens de Vredesweek. Bijvoorbeeld rondom de Pride en Keti Koti. En dus ook en vooral tijdens dit jaar van de viering van 450 jaar Ontzet.

Voor ons mooie jubeljaar kon iedereen een voorstel indienen. En dat is gelukt, de subsidiepot is helemaal leeg. Er staat een dijk van een programma met voorstellingen en evenementen in de stad, de buurten en de dorpen. Daarbij worden niet alleen de verhalen van toen verteld, er worden vooral verbintenissen gesloten tussen nieuwe Alkmaarders en mensen die er al lang wonen, tussen verleden, heden en toekomst. Er wordt gesport en gefeest, herdacht en cultuur beleefd. En er worden nieuwe verhalen gemaakt over de waarden die toen al belangrijk waren, en nu nog steeds. En dat maakt me trots en vol van hoop op een goede saamhorige toekomst.

En u bent van harte welkom dit met ons mee te vieren.

Dank voor uw aandacht.

Dienstreizen buitenland

Bestemming:Helsinki, Finland
Begroot bedrag:€ 2.300
Doel van de reis:Ieder jaar bezoekt een MAC delegatie van de Metropool Regio Amsterdam (MRA) in een tijdsbestek van ca. 48 uur, een stad in Europa. Tijdens deze netwerkreis leert de groep over de verschillen en overeenkomsten met de andere stad en is er gelegenheid om nader kennis te maken met de andere leden. De delegatie was dit jaar breed samengesteld uit (semi)overheden, bedrijfsleven, culturele instellingen, zorginstellingen en kennisinstellingen.
Data:10 april 2022 – 12 april 2022
Georganiseerd door:Metropool Regio Amsterdam (MRA)
Vervoer en reisklasse:Vliegtuig, economy
GezelschapDe Metropool Amsterdam Club (MAC) is het businessnetwerk van amsterdam&partners. Een zeer gevarieerde groep ambassadeurs van de regio, allen vertegenwoordigen zij een iconische organisatie of instelling die een zichtbare bijdrage levert aan het succes van onze metropool. Deze groep (allen op CEO, burgemeesters en wethouders niveau) is een netwerk waarin overheid, bedrijfsleven, creatieve, onderwijs-, instellingen en de culturele iconen samen optrekken.
Bestemming:Gent, België
Begroot bedrag:€ 0,00
Doel van de reis:Jaarlijkse netwerkreis met dit jaar als thema duurzaamheid en klimaat. In Gent vinden inspirerende ontwikkelingen plaats op het gebied van verduurzaming en circulariteit. Tevens heeft het stadsbestuur samen met ondernemers een ambitieuze agenda waar het gaat om klimaatregelen.
Programma: presentatie over Duurzaam Toerisme, rondleiding door Gent International Convention Center gecombineerd met een presentatie over Urban Green House, presentatie Gents Klimaatplan door dienst Milieu & Klimaat en ontvangst door burgemeester De Clercq, bezoek De Krook.
Data:6 april 2023 – 7 april 2023
Georganiseerd door:Prachtstad Club Alkmaar Marketing
Vervoer en reisklasse:Bus
GezelschapNog niet definitief